|
|
In de pers
 Column van Ingo Greveraers in het Eindhovens Dagblad van 4 maart 2006
Klik hier (en ga vervolgens met de muis rechtsonder op het plaatje staan om deze groter te maken)
Column van Harm Wiersma in de telegraaf van 14 januari 2006
Het temperament van de opgeslotene
Binnenkort verschijnt een damboek van de Brabantse dammer Jules Martens. Het draagt de titel: “Levenslang opgesloten in de korte vleugel”. Een soort levenswerk van de gedreven clubdammer, die daarmee zijn passie in beeld brengt van zo’n 25 jaar ervaring met een ingewikkeld spelsysteem in het dammen. Martens is geen topdammer, maar beschrijft het spel met een enorme gedrevenheid, waarbij geregeld een beroep wordt gedaan op het sterke damprogramma ‘Truus’ van Stef Keetman. Eerder kwam zijn provinciegenoot Adrie van Outheusden met een boek over de Partie Bonnard, waar een half jaar geleden melding van werd gemaakt in deze column. De intenties van Martens komen uit dezelfde liefde voor het spel voort. Dammen is een intensieve hobby en de Brabander groeide uit tot een speler met opvallende successen in dit lastige speltype. Hij liet zich graag opsluiten, omdat een gebonden spelsysteem tot boeiende confrontaties kan leiden. Het boek heeft een A4-formaat met een bindstrip en bestaat uit circa 85 pagina’s, 311 duidelijke diagrammen, 14 openings-combinaties, 250 KVO combinaties, 22 partijanalyses en 6 partijfragmenten. Prijs 15 Euro + 2,50 Euro verzendkosten. Over te maken op Rabobank 103627022. t.n.v. Jules Martens, Mercuriusstraat 40, 5721 BG Asten. (tel: 0493-693588) Voor op – en aanmerkingen: e-mailadres J.martens03@chello.nl
Het boek moet beoordeeld worden vanuit de filosofie van een gemiddelde clubdammer, die met zijn eigen inzichten en achtergronden deelgenoot is in de geheimen van het damspel. Juist daarom is het leerzaam voor een grote categorie geïnteresseerden, die vanuit een eigen motivatie en bewogenheid zich met het spel bezighouden. De passie en het temperament van de opgeslotene komt duidelijk in het boek naar voren. Een situatie vanuit de praktijk is als onderdeel van de introductie van het boek in de inleiding beschreven : “Een jaar geleden speelde de auteur in Tilburg tegen Wil Maas uit het tweede team van mijn eigen damvereniging Angarde Informatica. Het verloop was als volgt:
1.34-30, 20-25 2.39-34, 15-20 3.44-39, 20-24 4.33-28, 18-23 5.31-27, 17-21 (niet 14-20? Want dan volgt winnend 28-22 en 34-29. Een soort gesluierde Haarlemmerzet.) 6.37-31, 12-18. 7.49-44, 14-20 Normaal speel ik zo snel mogelijk 8.31-26 teneinde speelruimte op de lange vleugel te verkrijgen, dus waarom ook nu niet? Thuisgekomen tikte ik de partij in, in het damprogramma “Truus” en jawel hoor: de achtste zet van wit was fout. Beiden hadden we dit overzien. Ik had dus terdege onraad geroken. Een beetje docent (lees coach) zegt nu:’ probeer nu zelf eens vanuit diagram 1 wit: 26,27, 28, 30, 32, 34, 35, 36, 38 t/m 48, 50. zwart: 1 t/m 11, 13, 16, 18 t/m 21, 23, 24, 25. de schijfwinst te zoeken’. Of dit idee al ergens te boek stond, wist ik niet, maar voor mij was het een openbaring. Toen hield ik het dus niet meer. Wat is het toch een prachtig, eindeloos fascinerend spel. Het moest en zou allemaal worden opgeschreven. Al was het maar om mijn eigen niveau, door het uitpluizen en rangschikken van alle varianten op te vijzelen. Ik had al vele combinaties in de KVO gemaakt, o.a. naar aanleiding van eigen partijstanden, maar dit idee was mijn uiteindelijke drijfveer.” Zwart kan in de diagramstand een schijfwinst behalen door 8…,23-29! en na 9. 34x14
(maakt niet uit) 10x19 10. 26x17, 11x33 enz. Vervolgens ging Martens met een niet af te remmen energie aan het werk om een compleet boek over de zogenaamde korte vleugelopsluiting in elkaar te zetten. Eerder deed de Huissenaar Theo Berends een geslaagde poging om een dergelijke collectie uit te brengen, die niet in boekvorm verscheen. Hierbij nog een paar creaties uit het creatieve boekwerk van Martens. Zie diagram 2. wit: 26, 27, 28, 30, 31, 34 t/m 40, 42, 43, 45, 47, 49, 50. zwart: 1 t/m 4, 6, 8, 10 t/m 19, 24, 25.
In deze positie – die in de praktijk niet mogelijk is – want zwart had al eerder kunnen winnen, beschikt wit liefst over drie winstmogelijkheden. De oplossing laat ik aan de lezers over om hier volgende week op terug te komen bij de prijswinnende composities van de Kerstpuzzel. Tenslotte nog een winnende combinatie van de auteur uit een competitiewedstrijd. Zie diagram 3. wit: (J.Martens) 26, 27, 28, 30, 32, 34, 35, 36, 38, 40, 42, 45, 47, 48, 50. zwart: (W.Vlooswijk) 1,2, 7, 8, 9, 10, 12, 14, 15, 16, 17, 19, 23, 24, 25.
Zwart speelde 26…, 15-20 en wit won verraderlijk door 27. 34-29, 24x31 28. 36x27, 25x34 29. 40x18, 12x23 30. 27-21, 16x27 31. 32x3 enz.
|
|
|
|
|